- een
- een1{{/term}}〈bijvoeglijk naamwoord〉1 un, une♦voorbeelden:1 een worden • s'unifiereen zijn met • faire corps avec————————een2{{/term}}〈onbepaald voornaamwoord〉1 un, une♦voorbeelden:1 er is er een vóór u geweest • quelqu'un vous a devancéje bent me er (ook) een! • tu es un drôle de numéro!als er een is, die het kan, dan is hij het • s'il y en a un qui en est capable, c'est bien lui————————een3{{/term}}I 〈hoofdtelwoord; met klemtoon〉1 un, une♦voorbeelden:1 〈zelfstandig〉 enen gooien • amener des undat is een! • et d'un(e)!elke stem is er een • chaque voix compteeen en dezelfde persoon • une seule et même personneniet één heeft er iets over gezegd • pas un(e) n'en a parléhet is bij enen • il est près d'une heure〈Algemeen Zuid-Nederlands〉 op een, twee, drie • en moins de deuxop één dag • le même jourtien tegen een dat • il y a gros à parier quehonderd tegen een! • je te le parie à cent contre un!een van tweeën • de deux choses l'uneeen van hen • l'un(e) d'entre eux (d'entre elles)een voor een • un(e) à un(e)de een nog mooier dan de ander • tous plus beaux les uns que les autres, toutes plus belles les unes que les autreseen een voor wiskunde • un un (sur dix) en mathsmen kan het ene doen en het andere niet laten • on peut faire les deux¶ de weg is één en al modder • la route est pleine de bouede een of ander • quelqu'un(het) een en ander • des choses et d'autreswij hebben het een en ander besproken • nous avons abordé plusieurs sujetsniet om het een of ander • ce n'est pas pour direhet is het een of het ander • de deux choses l'une→ {{link=komen}}komen{{/link}}II 〈rangtelwoord; met klemtoon〉1 un⇒ premier 〈v.: première〉♦voorbeelden:1 op een april • le premier avrilbladzijde een • page unIII 〈lidwoord; zonder klemtoon〉1 [onbepaald]un, une2 [m.b.t. de hele soort]le, la3 [ongeveer] environ♦voorbeelden:1 een man, een vrouw, een kind • un homme, une femme, un(e) enfanteen meneer A. • un (certain) monsieur A.2 een walvis heeft longen • la baleine a des poumons3 een dag of wat • quelques jourseen uur of drie • environ trois heureseen duizend gulden • environ mille florins→ {{link=dag}}dag{{/link}}¶ het kost me een geld! • cela me coûte les yeux de la tête!een mensen dat er waren! • il y avait un monde fou!wat een mensen! • 〈hoeveelheid〉 quelle foule!wat een geldverspilling! • quel gaspillage!
Deens-Russisch woordenboek. 2015.